De vochtmeter neemt de relatieve vochtigheidsgraad waar tussen de twee metalen pinnen op het oppervlak van het te meten voorwerp. Bij bepaling van de totale vochtinhoud van bijvoorbeeld een steen, is de meting niet gagarandeerd nauwkeurig, omdat alleen het oppervlak wordt gemeten. Er kan dus een hogere vochtigheidsgraad zijn en derhalve een hogere geleiding tussen de pinnen, waardoor een hoger percentage kan worden weergegeven. Het percentage op de display kan bijvoorbeeld vaststellen of verschillende delen van een muur verschillende vochtigheidniveaus bevatten, waardoor u dus vochtige plekken of mogelijke lekkages kunt vinden. De meetnauwkeurigheid van de detector is +/- 3%.
FAQ - Controle- en meetapparatuur
Welke conclusies kan ik trekken uit de percentages weergegeven op de vochtigheidsmeter en hoe nauwkeurig zijn deze?
Hoe functioneert het zoeken naar hout bij de speciale detector WMV?
Het apparaat wordt op de ondergrond afgesteld waarin hout wordt gezocht. Door de WMV langs de wand te bewegen wordt gezocht naar een verandering van de ondergrond. Dit is het geval als er b.v. hout onder zit. De WMV herkent dit. Om uit te sluiten dat het hierbij niet om hout maar om metaal gaat, dient op deze plek nog een vergelijkende meting met de zoekinstelling voor metaal te worden uitgevoerd. Als het apparaat hierbij niet reageert, is het hout.
Hoe hoog is de indringdiepte van de metaal- en stroomdetectors?
Dit is afhankelijk van de substantie van de wand of het dek en van de grootte van het metalen onderdeel dat moet worden gevonden. Er kunnen derhalve geen nauwkeurige gegevens over worden verstrekt. Een waterleidingbuis kan in de lucht op een afstand van ca. 8-9 cm worden herkend. Deze afstand neemt af afhankelijk van het bouwmateriaal. Wij adviseren een testmeting op een plaats waar de diepte bekend is van een soortgelijk onderdeel als moet worden gevonden.